Search
Close this search box.

menu

Zingen, met de moed der hoop

Hoop is ergens voor werken omdat het goed is, Niet omdat het kans van slagen heeft. (Vaclav Havel)

Bovenstaand citaat komt uit een wat langere tekst, die je in z’n geheel aantreft in het laatste kader onderaan deze nieuwsbrief. Die hele tekst is mooi en iedereen die zingt zal er iets van herkennen. Want ja, zingen is met hoop verbonden.

Hoopvolle mensen zingen. In kerken, bij demonstraties, in stadions. Soms tegen beter weten in. Dat trof mij nog deze week toen ik het laatste stukje zag op tv van een wedstrijd van PSV. Ik ben van oorsprong Eindhovenaar dus(?) ik ben PSV-aanhanger. Vraag me niet waarom, het is geheel irrationeel, ik ben daar al 35 jaar weg, maar het is zo en het zal de rest van m’n leven wel zo blijven. Voetbalsupporters zingen, overal ter wereld.

Ze zingen om hun ploeg te steunen, ze zingen uit pure vreugde (er is geen betere manier om vreugde te uiten dan met je stem!), ze zingen om de supporters van de tegenpartij te jennen. En ze zingen omdat ze hopen. Maar ze zingen ook om die hoop te kunnen voelen als hij eigenlijk ver te zoeken is. Deze week stond PSV weer eens pijnlijk duidelijk achter. Kansloos uitgeschakeld. Nee, het is geen onverdeeld genoegen op dit moment om PSV-aanhanger te zijn. Maar de supporters zongen. Dan kan maar één reden hebben, geloof ik: ze willen de hoop levend houden, voeden en koesteren.

Hoopvolle mensen zingen. Maar wanhopige mensen zingen ook. In kerken, in demonstraties, in stadions. Wanhoop houdt de mens niet per definitie van zingen af. “Als alles duister is …” zingen we wel eens tijdens onze mantra-zangavonden. Er is wel meer voor nodig om te zingen als je wanhoopt. Er is vooral moed voor nodig. De pijn, de angst onder ogen zien en in je klank naar buiten brengen, aarzelend wellicht, maar toch laten horen. Niet om daarmee iets te bewerkstelligen, maar alleen om je te uiten. Dan ligt in de wanhoop de hoop al besloten.

Hoopvolle mensen zingen. Wanhopige mensen zingen soms ook. Hopeloze mensen zingen niet. Waar geen hoop is daar is de hel, zei Dante. In de hel wordt niet gezongen.

Als ik de woorden van Havel naar zingen vertaal dan wordt het bijvoorbeeld: Hoop is zingen omdat het goed is, niet omdat bij voorbaat vaststaat dat het mooi wordt. Hoop is zingen omdat de muziek in je is en gehoord wil worden. Hoop is zingen omdat je je al zingend bij anderen wil voegen, niet omdat je vooraf zeker weet dat je welkom bent.

Vrijdag klinkt het laatste “Lied van de Ziel” van dit jaar. Daarmee sluiten we een voor ons bijzonder jaar af. De soms bijna niet te behappen toestroom van nieuwe zanglustige mensen stemt tot vreugde. Eerst wilde ik schrijven: stemt tot hoop. Maar dat is eigenlijk niet eens waar. Die hoop was er nou juist al. Als we, een paar jaar geleden, met twintig mensen mantra’s zongen, of minder, dan was die hoop er ook, voelbaar, levend.

Dus: dankjewel voor je komst. Dankjewel voor je mooie en (wan)hoopvolle gezang in dit jaar. En zeker ook: dank aan eenieder die als gastvrouw of op andere wijze haar of zijn zeer welkome bijdrage geleverd heeft.

Jan Kortie