Zingen, ook zonder methode

Alleen de stem van het hart bereikt een ander hart.
Alfred de Musset

Begin oktober mocht ik een bijdrage leveren aan het jaarlijkse symposium van de Nederlandse Vereniging van Zangpedagogen. Nauwelijks een maand later mocht ik optreden bij de lezersdag van VolZin, een blad dat vooral het vrijer denkende deel van de christelijke kerken bedient.

Twee weken daarna zong ik met een grote groep leidinggevenden in een programma van Nyenrode. Drie op het oog heel verschillende groepen. En dat nodigde mij eigenlijk uit om steeds opnieuw passende woorden te vinden voor wat stembevrijding is en wat het kan betekenen.

De zangpedagogen hadden een dag over de psychologie van muziek. Wat doe je met een leerling die gespannen is voor een optreden en bang is te falen? Hoe ga je om met iemand die in je les ineens in tranen uitbarst? Waar houdt zangpedagogiek op en waar wordt het therapie? En zijn wij zangpedagogen daar dan voor opgeleid? VolZin ziet hoe de gemiddelde leeftijd van de lezers jaarlijks stijgt. Ik telde in de kerk ergens tussen de veertig en de zestig tinten grijs. Zijn er dan geen jongere gelovigen meer?

Er sprak een dominee die stelde dat de scheiding tussen gelovigen en ongelovigen eigenlijk een kunstmatige is. We geloven allemaal. En we geloven allemaal net weer iets anders. Bij de leidinggevenden beluisterde ik onder meer een indrukwekkend interview met een hoge Microsoftmanager. Ze sprak over het ‘nieuwe werken’, over organisatieverandering, over de realiteit van resultaten moeten halen. Maar ze sprak ook heel vrijmoedig over omwentelingen in haar privéleven en over haar persoonlijke ontwikkeling. En al luisterend zag ik hoe kwetsbaarheid en kracht bij haar vloeiend in elkaar overgingen. Met ieder van deze groepen mocht ik zingen. En weer realiseerde ik me: Stembevrijding is geen zangpedagogiek.

Geen psychologie of therapie.
Stembevrijding is geen nieuw geloof.
Het is geen nieuwe managementtechniek.

Stembevrijding is sowieso trouwens geen methode.

Stembevrijding is misschien wel een verlangen. Niet zomaar een verlangen van deze of gene. Maar een universeel verlangen. Iedereen verlangt ernaar om gekend te worden, gezien, gehoord te worden. Iedereen verlangt ernaar te laten horen wat er in hem leeft. Daarom willen we zingen.

Met zingen komen we in lagen van onszelf waar woorden niet meer komen. Op die plaatsen leeft muziek. Daar zijn we muziek. Daar wil je zingen. Daar wil iedereen zingen. En vandaaruit kan ook iedereen zingen. Vandaaruit moet iedereen zingen. Op zijn of haar eigen moment. Ik ben ervan overtuigd dat dat moment voor elk van ons een keer aanbreekt.

Op al die plaatsen die ik bezocht ging het eigenlijk steeds over: contact, verbinding, relatie. Een zanger die geen contact maakt brengt niet veel teweeg. Dat geldt ook voor een zangpedagoog. Voor een therapeut, een dominee, een manager. Dat contact valt niet te controleren en in geen enkel modelletje of protocol te stoppen. Het is de stem van het hart die een ander hart bereikt. Daar staan we naakt en onbevangen als kinderen tegenover elkaar. Voor volwassenen is dat gebrek aan houvast vaak ongemakkelijk, het kan gepaard gaan met onzekerheid, angst, zelfs schaamte. Maar de beloning is groot: het heft de kunstmatige scheidingen op die we in onze cultuur geconstrueerd hebben. Tussen gelovigen en ongelovigen, tussen mensen die wel en mensen die niet kunnen zingen, tussen zangpedagogen en psychotherapeuten, tussen managers en ondergeschikten. Tussen jou en mij.

Een mantra-avond is geen kerkdienst, geen religieus ritueel. Maar het is lang niet uitgesloten dat je je na afloop meer verbonden voelt met hemel en aarde, mogelijk is het zelfs een spirituele ervaring.

Een les stembevrijding is geen zangles. Maar er is een goede kans dat je er beter van gaat zingen en er ook meer van geniet. Een stembevrijdingsdag is geen therapiegroep. Maar er kan na afloop best iets geheeld zijn en mogelijk voel je je zelfs een gelukkiger mens. Wonderen gebeuren. Tussen mensen, in contact van hart tot hart.

Jan Kortie