menu

Zingen: Ohm en Amen komen samen.

Dit wordt een rommelige nieuwsbrief, vrees ik. Ik moet ‘m nog schrijven, en ik weet ‘t nu al: ik wil allerlei (te veel?) dingen aan de orde stellen. Ik waarschuw je maar bij voorbaat.

Laat ik maar bij het einde beginnen.
Het begin doet er altijd erg toe. Het begin van een boek, van een lied, van een bijeenkomst. Maar het einde doet er nog meer toe. De laatste klank is de klank die blijft hangen, die we meenemen. Het begin is vol van verwachting, er staat iets te gebeuren. Het eind is, als het een goed einde is, geladen met inspiratie, geladen met hoop. We kunnen afronden en welgemoed verder.

Eind goed al goed dus. Dat is echt zo, geloof ik. En daar zit een enorme valkuil. Namelijk dat we gaan streven naar een goed eind. Dat we ons best ervoor gaan doen om het te bewerkstelligen. Het gebeurt wel dat organisaties me uitnodigen om bijvoorbeeld bij een conferentie met alle aanwezigen te zingen, als afsluiting. Ter bevordering van het gevoel van samen-zijn. Dat is geen gekke gedachte.

Er wordt ook vaak in die termen over gesproken in de voorbereiding: dat het zingen het gevoel van gezamenlijkheid zou kunnen oproepen, en eigenlijk: of ik daar dan maar voor wil zorgen. Maar ja, dat kan ik niet. Ik kan geen harmonie laten klinken die er niet al is. Dat hoeft ook niet, weet ik inmiddels, als ik nou maar gewoon laat klinken wat er werkelijk is, dan opent dat de weg naar de ervaring van gezamenlijkheid. Het kan dus wel, maar nooit als trucje met een gegarandeerd eindresultaat.

De kracht van samen zingen is ondertussen natuurlijk wel onovertroffen als het gaat om de ervaring van éénheid. Wij zijn één, jij en ik. Wij zijn één met elkaar en met alle anderen en al het andere in deze kosmos. We zijn één met Jan Peter Balkenende én met Herman van Rompuy. We zijn één met Thierry Henry én met het hele Ierse nationale voetbalelftal. We zijn één met Geert Wilders én met alle moslims. We zijn één met al het lijden en alle vreugde op deze planeet. Voel ik dat doorgaans zo? Nou nee, dat niet. Maar het ís wel zo. En dat te weten maakt het leven wel aangenamer, want het relativeert toch mijn dagelijkse gedoe.

Deze hele beschouwing komt bij mij op naar aanleiding van een documentaire die ik kreeg toegestuurd van een deelneemster aan Het Lied van de Ziel (nogmaals dank). Het gaat om de documentaire “We are together”.

De makers ervan volgen de kinderen die wonen in een weeshuis in Zuid-Afrika. En ze laten prachtig zien wat zingen kan betekenen. Wat de kracht ervan is en hoe het de kinderen bijeenbrengt. Hoe het ze kracht geeft én hoeveel kracht ze erin uitstralen. Ontroerend om de waardigheid te zien waarmee deze kinderen en jongeren hun pijn én hun hoop laten horen. Kijken dus.

Ongetwijfeld is het datzelfde verlangen naar eenheid dat steeds meer mensen er toe brengt om mee te willen zingen met Het Lied van de Ziel. Er zijn al zoveel aanmeldingen voor onze eerstvolgende bijeenkomst dat we deze week besloten hebben om daarvoor geen nieuwe deelnemers meer toe te laten, zodat we nog een aantal plaatsen vrij hebben voor getrouwen. Wacht dus niet te lang met je aan te melden als je wilt komen. En omdat de belangstelling zo blijft groeien hebben we een paar besluiten genomen.

Nou, dat moest ik allemaal kwijt. Hopelijk ben je er nog. Dan heb ik nog een laatste punt. Dat betreft Sinterklaas. Hij is in het land en dat is maar goed ook, want dan kunnen we elkaar weer van alles geven (omdat we één zijn geven we eigenlijk alles aan onszelf, of maak ik het nou weer nodeloos ingewikkeld?). En bovendien: we kunnen weer dichten. Ik ben daar een groot voorstander van. Geen cadeau zonder gedicht, wat mij betreft. Nou houd ik enorm van dichten, maar ik snap wel dat dat niet voor iedereen geldt. Dat bracht me op het volgende idee. Als jij onze cd van Het Lied van de Ziel als Sinterklaascadeau aan iemand wil geven dan leveren wij daar meteen het passende gedicht bij. Op twee rijmklanken, want in de beperking komt creativiteit tot bloei. De eerste is ohm. De tweede past daar heel goed bij, zo zul jij vast be-amen.

Hartelijk welkom, dus, alleen of samen.

Jan Kortie