Lockdown. Avondklok. Minimaal visite. Scholen dicht, theaters dicht, winkels dicht, horeca dicht. Binnen blijven, mensen. Wat doet het met jou, word je er somber van, weerspannig, boos, gelaten? Of kun je meebewegen, voel je je eigen veerkracht, kost het je geen moeite, wie weet komt het je zelfs goed uit? Het kan allemaal, het bestaat naast elkaar.
We worden gedwongen naar binnen te gaan, heel letterlijk, maar ook figuurlijk. Plannen worden ruw verstoord, we worden afgeremd, we moeten vertragen, of we willen of niet. En daarin lopen we onvermijdelijk aan tegen onvolmaaktheid. Het leven is onvolmaakt, onze partners, kinderen, ouders waarmee we in hetzelfde huis worden opgesloten zijn onvolmaakt, de buren zijn dat ook, de maatregelen van het kabinet, de handhaving ervan, de modellen van het RIVM, de commentaren van deskundigen die elkaar tegenspreken, allemaal onvolmaakt. En wijzelf ook, onvolmaakt.
En onvolmaakt is dan nog tot daaraantoe. Maar misschien gaat er wel echt iets stuk, onherstelbaar? Zie je dat gebeuren? Of ben je daar bang voor?
Een wijze jonge vrouw
Terwijl wij hier druk zijn met wel of geen avondklok en hoe laat dan precies betreedt in Washington een jonge zwarte vrouw het podium, een dichteres, een sprankelende en ontroerende verschijning, Amanda Gorman. Ze spreekt een diep verdeeld land toe en heeft de wijsheid om te zeggen dat de natie niet stuk is, niet broken, maar simply unfinished. Gewoon onaf. Zullen we dat als motto dit nieuwe jaar mee innemen? Gewoon onaf. Dat is natuurlijk ook de eigenlijke betekenis van het woord ‘onvolmaakt’: nog niet af. Dat is iets heel anders dan ‘fout, mislukt’.
Onaf betekent natuurlijk ook: nog in wording, nog in beweging. Maar met die beweging is iets aan de hand, of eigenlijk: met ons bewegingstempo. We moeten vertragen, schreef ik hierboven. Dat kan onwennig zijn, we leven immers in een nogal haastige tijd. Er moeten plannen uitgevoerd en doelen, nee, sorry, targets gehaald worden. Kinderen moeten steeds jonger al aan verwachtingen voldoen. Door ons gebruik van laptops en smartphones wordt onze aandacht steeds meer versnipperd en vluchtiger. Allerlei maatschappelijke ontwikkelingen volgen elkaar steeds sneller op, en het is verdraaid lastig om dan te durven blijven voelen wat je eigen tempo is. Zo raken we onszelf kwijt, we verliezen het contact met onze creativiteit en ook met de bron van onze muziek. Dan is vertragen nodig. In onze stembevrijdingsaktiviteiten is dat dan ook vaak de eerste stap. Aanvankelijk kan dat aanvoelrn als tijdverspilling. Maar het is tijdwinst, althans voor wie het aandurft. Want die vertraging en verstilling brengen verdieping. En in de diepte hervinden we onszelf, hervinden we ook ons lied.
Er is namelijk altijd een lied dat gezongen wil worden. Dat kan een lied van verlangen zijn of van frustratie, van hoop of ergernis, van angst of liefde. Het is soms een mooi lied, soms zijn het rauwe klanken. Er is altijd iets wat tot expressie wil komen, gedeeld, gezien, gehoord wil worden. En het helpt echt om dat ook te doen. Het brengt je in een grotere levendigheid, wat verstrakt is geraakt gaat weer stromen, wat verhard is in oordelen verzacht weer, en het kan zo maar muziek worden. Dan ben je nog steeds, jawel, gewoon onaf, maar dat stoort niet meer. Èr komt verwondering. En uiteindelijk vreugde.
Verwondering en vreugde
Onze opleiding tot stembevrijder hebben we ‘Ode an die Freude’ genoemd, in de diepe overtuiging dat zingen ons vroeger of later, en telkens weer, bij vreugde brengt. Dat is nooit vanzelfsprekend en voelt iedere keer weer aan als een wondertje. Als iets wonderbaarlijks. Ik zal nooit ophouden om me erover te verwonderen. Verwondering en vreugde zijn nauw verbonden. Verwondering betekent openheid, loslaten van vastomlijnde ideeën en vaste patronen. Verwondering betekent ineens niet meer weten wat goed of fout is, wie er gelijk heeft en wie ongelijk. Verwondering overbrugt tegenstellingen en schept ruimte. Verwondering betekent jezelf openen, gevoelig zijn en nieuwsgierig. Loslaten wat er verwacht wordt door anderen of door jezelf en trouw zijn aan je eigen natuur, je eigen natuurlijkheid, je eigen lichaam en niet te vergeten je eigen muzikaliteit, die immers deel is van je natuur. Verwondering is cruciaal. Verwondering doet leven.
Een paar maanden geleden werd ik uitgenodigd om te gast te zijn in het tv-programma De Verwondering van Annemiek Schrijver. Dat vond ik natuurlijk meteen een buitenkansje. Een gesprek van een klein half uur over stembevrijding, over de wonderbaarlijkheid van muziek, en over onze natuurlijke aanleg daarvoor. Vorige week waren de opnames, het was een fijn gesprek, dat zondagochtend a.s. (24 januari) wordt uitgezonden. Hieronder lees je er meer over.
Wat geloof jij?
In het najaar gaat Ode an die Freude voor de zeventiende keer van start, we hebben onlangs de nieuwe folder afgemaakt. Ik houd erg van deze opleiding, waarin we twee jaar intensief met een groep optrekken. En daarna hoeft het leren natuurlijk niet te stoppen. Zo hadden we eerder deze week weer een inspirerende (online) bijeenkomst met een twintigtal afgestudeerde stembevrijders. Met voor mij als vreugdevol hoogtepunt dat we daar drie, vier, vijf keer luisterden naar en uitbundig meezongen met het prachtige lied ‘Ik geloof’ van Jeroen van Merwijk. Misschien heb je de heerlijke en ontroerende clip daarvan al gezien, ingezongen door een hele stoet collega’s, als cadeau en eerbetoon voor hun ongeneeslijk zieke vriend van Merwijk. En luidkeels meezingend dacht ik: dit zou zo maar ons clublied kunnen zijn. Kijken, zou ik zeggen, en dan het beste op een niet te klein scherm, zodat je ook van de details kunt genieten. Men lette met name ook op het blije hoofd van Herman Finkers.
Ik geef tot slot nog graag het woord aan Amanda Gorman:
The new dawn blooms as we free it.
For there is always light,
if only we’re brave enough to see it.
If only we’re brave enough to be it.
Ik wens je een levendig 2021, vol verwondering.